Gebraden kwartels met granaatappel

Toen de libelle lekker 'Heerlijk herfstkoken' in de bus viel, kwam ik dit receptje tegen. Het was eeuwen geleden dat ik nog eens zelf kwarteltjes had klaargemaakt. Het recept sprak het mij wel aan, en ik moet zeggen de smaken zitten heerlijk. Het enige nadeel vind ik het peuzelwerk, een kwarteltje is niet groot hé! Dus je hebt heel wat geduld nodig tot je maag een voldaan gevoel heeft ;). 

Je kan dit gerechtje ook perfect op voorhand klaarmaken, en dan op het moment zelf in de oven plaatsen.

Ingrediënten:

- 8 kwartels (2 per persoon)

- 8 dunne plakjes buikspek

- 2 granaatappels

- 4 takjes tijm

- 10 sjalotten

- 2 el roomboter

- 1 el olijfolie

- 2 el suiker

- 3 el balsamicoazijn

- 2 el marsala

- peper en zout

Werkwijze: 

Verwarm de oven voor op 200°C. Halveer de granaatappels en klop er de pitjes uit. (Of doe zoals ik en koop granaatappelpitten in de vershoudafdeling van de supermarkt.) Pel de sjalotten en doe ze in hun geheel in een diepe pan. Voeg de tijm, suiker en de balsamicoazijn toe. Laat alles 10 minuten garen op een zacht vuur. Voeg dan een klont(je) roomboter en 2/3 van de granaatappelpitten toe en schenk de marsala erbij.

Kruid de kwartels met zwarte peper en een beetje zout. Wikkel ze in het buikspek. Schroei de kwartels rondom dicht in een beetje boter, haal ze uit de pan en leg ze in een vuurvaste schotel. Voeg de saus met de sjalotten toe. Ik voegde de kwartels gewoon in de pan erbij, minder afwas, let wel dat je dan een pan gebruikt die in de oven kan!

Dek de schotel af met aluminiumfolie en zet ze 20 minuten in de voorverwarmde oven. Haal het aluminiumpapier weg en laat 5 minuten verder garen.

Neem uit de oven en bestrooi met de rest van de granaatappelpitjes.

Ik serveerde hierbij een puree van zoete aardappel, en ovengegaarde groentjes.

Smakelijk!