Appeltaart

Soms krijg je onverwachts een telefoontje met de vraag: is het goed als we eens langskomen? Ja, dan kan je eventueel snel iets halen bij de bakker of anders deze appeltaart maken. In een wip is hij klaar en bovendien heb je de meeste ingrediënten altijd wel in huis.

Ingrediënten:
- 125 g zelfrijzende bloem
- 4 eetlepels suiker
- 2 zakjes vanillesuiker
- 3 el olie
- 3 el melk
- 1 ei
- boter en bloem voor de vorm
- 2 appelen

- 80 g boter
- 2 l suiker
- 1 ei

Werkwijze:

Verwarm de oven voor op 200°C. 

Meng in een kom de bloem met de suiker, de vanillesuiker, het ei, de olie en de melk tot een glad deeg. Vet een platte taartvorm in met boter en bestuif met bloem.

Doe het deeg erin, strijk het een beetje open met een spatel. Het lijkt misschien plakkerig, maar dit komt wel goed. Schil de appelen, verwijder het klokhuis, snijd ze in vieren en vervolgens in dunne plakjes. Schik de appelplakjes dakpansgewijs in een rondje op de taart. 

Smelt de boter in een steelpannetje met de suiker. Neem van het vuur als de suiker en de boter gesmolten zijn, let wel op dat de boter niet te heet wordt. Doe er het ei bij en roer tot een glad papje. Lepel dit over de taart en bak de taart gedurende 20 à 25 minuten.

Bron: Het complete Libelle bakboek