Drie-in-de-pan van vlierbessen

Dit jaar zijn de vlierbessen er iets vroeger dan anders door het mooie weer. Ik hoop er weer siroop van te maken -de beste tegen verkoudheden-, maar veel verder reikt mijn inspiratie niet. Ik vond ook nog een taart van kersen in combinatie met vlierbessen op internet, maar daarvoor had ik niet alle ingrediënten in huis. Maar mijn 'kookboek van het gelukkige buitenleven' bracht raad. Mooie naam hé, trouwens heel uitnodigend om in te bladeren, niet enkel door de vaak eenvoudige receptuur, maar ook door de prachtige foto's. Het buitenleven in al zijn eenvoud. In dit boek staat een recept van pancakes met vlierbessen. Hoe ben ik daar zelf niet opgekomen? Ik denk dat het trouwens tijd wordt dat ik minder kookboeken koop, en eens eerder in mijn exemplaren kijk, waar een schat aan recepten en informatie in staat. Maar ja, het vlees is zwak hé en er staat altijd wel iets in dat mij aanspreekt. En iedereen heeft toch wel een zwakte of niet?

Zaterdagmorgen stonden deze dus op het menu, en of ze smaakten, vraag maar aan mijn kleinzoon Woutje. Een bijkomend voordeel is dat er in het beslag niks van suiker gaat. Zeker voor kleinere kinderen is dit een pluspunt.

 

 Ingrediënten: 
- 200 g zelfrijzend bakmeel
- 0,5 tl zout
- 1 ei
- 2 dl melk
- 3 schermen rijpe vlierbessen
- 2 el boter
- honing of poedersuiker

Werkwijze:

Was de schermen en ris de bessen eraf met een vork. Alléén rijpe bessen gebruiken. Maak in een ruime kom een glad beslag van meel, zout, ei en melk. Roer dan de vlierbessen door het beslag. Verwarm een koekenpan met daarin een klontje boter. Schep met voldoende tussenruimte drie lepels van het beslag in de pan. (Vandaar de naam) Bak de minipannenkoekjes ongeveer 3 minuten op een laag vuur totdat de onderkant bruin is en de bovenkant bijna droog. Draai de koekjes met behulp van een spatel om en laat ze in 2 minuten goudbruin worden. Neem ze uit de pan en leg ze op een bord.

Verwerk het overige beslag op dezelfde wijze. Plaats het bord waarop je de drie-in-de-pan warm houdt boven op een pan met zacht kokend water; zo blijven ze warm. Serveer bijvoorbeeld met honing, poedersuiker, slagroom, ijs of jam.

Bron: 'Kookboek van het gelukkige buitenleven' door Marlein Overakker en Anna De Leeuw