Broodpudding

Wie van jullie maakt nog broodpudding? Toen de kinderen klein waren en er elke dag boterhammen mee moesten naar school hadden we af en toe wel wat brood over en maakte ik dit regelmatiger. Nu neemt enkel mijn man (en soms mijn zoon) boterhammetjes mee naar het werk. Bijgevolg minder brood. Al onze tafelrestjes gaan sowieso bij onze eenden, dus gaat er niets verloren. Na de feestdagen had ik een aantal sneetjes over van rozijnenbrood, melkbrood en suikerbrood. Dit aangevuld met toastbrood zorgde voor een overheerlijke broodpudding. Het voordeel van dit gebak is dat je er echt alles naar eigen willekeur kan in mengen. Zo had ik te weinig rozijntjes, dus deed ik er een vijftal in stukjes gesneden gedroogde vijgen in. Je broodpudding kan dus altijd anders. Ik deed er wel wat geschaafde witte chocolade bij - ik heb dit ooit gelezen bij het recept van Jeroen Meus-. Voor de rest eigen receptuur.

Ingrediënten:
- 50 g rozijnen
- een scheutje rum
- 300 g brood zonder korsten
- 150 g kristalsuiker
- 50 g bruine suiker
- 5 eieren
- 20 g vanillepudding
- 500 ml melk
- 2 reepjes witte chocolade

Werkwijze:
Laat de rozijnen weken in de rum. Scheur het brood in stukken en doe in een grote kom. Strooi er de twee soorten suiker over. Klop de eieren los in een kom en giet ze over het brood. Los het puddingpoeder op in een beetje melk, voeg bij de rest van de melk en roer dit door het broodmengsel. Zet opzij en laat minstens een half uurtje weken. Verwarm ondertussen de oven voor op 185°C. Haal de rozijntjes uit de rum en roer ze door het mengsel. Rasp de reepjes witte chocolade boven de kom. Meng de chocolade onder het mengsel.  Giet alles in een beboterde of met bakpapier beklede cakevorm. Laat 45-50 minuten bakken in de oven. Laat de broodpudding afkoelen in de vorm.
Smakelijk!