D.I.Y. Gebreide roosjes

Dit weekend waren het tuindagen te Beervelde. Alles stond er in het teken van de roos. Rozen betoveren ons al eeuwen. Hun fraaie bloemen zijn een feest voor het oog en sommigen onder hen verspreiden ook nog eens een heerlijke geur. Ook in de sprookjeswereld wemelt het van de rozen las ik in de nieuwe 'Landidee' die ik onlangs meebracht. Er stonden enkele interessante artikelen in, o.a. over zelf rozenlikeur maken -ga ik deze zomer zeker uitproberen- en ook deze gebreide rozen. Ik zag al het hele plaatje voor mij. Het oude serviesje van de oma met rozen en bloemetjes kon wel nog een bijpassende servetring gebruiken.
Het werkje vlotte héél snel en ik maakte ze in 4 kleuren.
 
Welk kleur vinden jullie mooist?

Oma's  koffieserviesje! 
Werkwijze:
Zet voor elke roos 60 steken op en brei 8 toeren in tricotsteek.*Brei in de negende toer de eerste steek rechts en de volgende 2 st. rechts samen. Ga zo door en beëindig de toer. Brei in de teruggaande toer alle st. averechts. *Herhaal in de elfde tot de veertiende toer tweemaal van * tot *. Kant in de vijftiende toer alle steken af en laat een stuk draad van circa 25 cm hangen.
Vorm de roos als volgt: trek het breiwerkje aan één lange kant voorzichtig uit elkaar en rol de eerste toeren een beetje op. Begin nu aan de korte kant met het oprollen van de roos en leg daarbij de averechtse kant naar binnen. trek het uiteinde van de draad door een borduurnaald, steek het vanuit de onderkant in verschillende richtingen door het rolletje en naai vast. Werk de draden weg en knip ze af.

Zet voor elk blad 4 st. op en brei 4 toeren in tricotsteek. Meerder en minder alleen in de heengaande toer, altijd na de eerste steek en voor de laatste steek. Vijfde toer: meerder 1 st. aan het begin en einde van de toer (6st.). Zevende toer: brei zonder meerderingen. Negende, elfde en dertiende toer: meerder 1 st. aan het begin en einde van deze toeren. (12st.).
Vijftiende en zeventiende toer: brei zoals de zevende toer. Negentiende, eenentwintigste, drieëntwintigste toer en vijfentwintigste toer: minder aan het begin en einde 1 steek (rest 4 steken).
Zevenentwintigste toer: brei de eerste steek en de volgende 2 steken samen. Negenentwintigste toer: brei de laatste twee steken samen en kant af. Werk de draden weg. 

Je kan deze roosjes ook nog op andere manieren gebruiken, bv. om een zomerhoed te verfraaien, je naait dan een drietal roosjes en drie blaadjes op het hoedje en eventueel met een bloemetjes lint er rond.



Reacties